Jeremiah 15:8

De straf vastgesteld

De HEERE bereidt Jeremia erop voor dat hij de vraag van het volk zal krijgen waar ze heen moeten gaan (Jr 15:2). Die vraag staat in nauw verband met Jr 15:1 waar de HEERE heeft gezegd dat ze niet bij Hem terecht kunnen en dat Hij hen niet meer wil zien. Het antwoord dat Jeremia moet geven, is niet dat ze zelf kunnen bepalen waar ze heen zullen gaan, maar dat ze op weg zijn naar hun zelf gekozen bestemming: naar de dood, waarmee mogelijk de pest wordt bedoeld, het zwaard, de honger en de gevangenis.

In Jr 15:3 zegt de HEERE welke middelen Hij zal gebruiken om hen te straffen. Het zwaard zal de dood veroorzaken. De doden zullen geen eervolle begrafenis krijgen, maar de lijken zullen door de honden worden weggesleept, terwijl ze die verscheuren en door de aasvogels en de wilde dieren worden verslonden. Het is de grootst denkbare vernedering voor een Jood als zijn dode lichaam niet wordt begraven en dan ook nog voedsel voor dieren wordt.

Dat zal hen tot een schrikbeeld maken voor alle koninkrijken van de aarde. De straffen komen vanwege Manasse, om wat hij in Jeruzalem heeft gedaan (Jr 15:4; 2Kn 21:1-16; 2Kr 33:1-11). Manasse heeft niet alleen alle hervormingen van zijn Godvrezende vader Hizkia tenietgedaan, maar hij heeft bewust de afgodendienst en demonenverering ingevoerd om de HEERE te tarten. Dat Manasse hier nadrukkelijk “de zoon van Hizkia” wordt genoemd, is vanwege het contrast tussen een zo Godvrezende vader en een zo goddeloze zoon. Het optreden van Manasse heeft geruime tijd geleden plaatsgevonden. Als een zonde echter niet goed is beleden en weggedaan, blijven de gevolgen aanwezig. De HEERE wijst altijd op de oorsprong van de zonde en het oordeel.

In Jr 15:5 worden drie vragen aan Jeruzalem gesteld. De vragen gaan erover wie medelijden met hen heeft, wie hun medeleven betuigt en wie naar hun welstand vraagt. Het antwoord ligt in de vraag opgesloten. Er zal niemand zijn die medelijden heeft of medeleven betuigt of vraagt naar hun welstand. De troost die gelegen is in het medelijden van anderen, zal er voor Jeruzalem niet zijn. Niemand zal de moeite nemen even van zijn weg af te wijken om te vragen hoe het met haar gaat.

Ze hebben dat aan zichzelf te wijten, want zíj hebben de HEERE verlaten, de Enige Die steeds medelijden met hen heeft gehad en naar hen heeft omgezien (Jr 15:6). Maar Zijn zorg hebben ze niet gewild en ze zijn achterwaarts gegaan. Daarom is de hand van de HEERE in oordeel tegen hen uitgestrekt om hen te gronde te richten. Het is over en uit met Zijn berouw over het kwaad dat Hij hen zal aandoen. Hij heeft het nu al zo vaak en zo lang uitgesteld, maar nu moet het toch komen. Hij is “het berouw hebben moe”.

De HEERE zal door de wan de goddelozen van Zijn volk in de poorten van het land, waar rechtgesproken wordt, oordelen (Jr 15:7). Met de wan wordt het kaf van het koren gescheiden. Het kaf zijn de goddelozen. Zij worden door de wan van het oordeel weggeblazen (Mt 3:12). Daardoor zal Hij Zijn volk van kinderen beroven en daarmee het voortbestaan van het goddeloze volk onmogelijk maken. Nog eens wordt de reden gegeven, namelijk dat zij doorgaan op hun zondige wegen en er niet van naar Hem zijn teruggekeerd.

Ook zal er een groot aantal weduwen zijn, wat betekent dat veel mannen zullen sterven (Jr 15:8; vgl. 2Kr 28:6). De HEERE brengt het oordeel over “de moeder”, dat is het volk, door “een jongeman”, dat is de jonge macht Babel. Tegelijk zegt de HEERE dat Hij Zelf het volk zal overvallen. Wat Babel doet, is niets anders dan Zijn wil uitvoeren. De plotselinge schrik die het volk overvalt als de vijand komt, wordt door Hem veroorzaakt.

De vruchtbare vrouw die er zeven baarde, stelt Israël voor onder de volkomen zegen van de HEERE (Dt 28:4a). Van die vruchtbaarheid is door hun ongehoorzaamheid niets over (Dt 28:18a). De vrouw, het volk, verkommert, kwijnt weg en zal haar laatste adem uitblazen (Jr 15:9). Terwijl de zon nog schijnt, de zon van Gods goedertierenheid, wordt het voor haar toch nacht vanwege haar zonden. Wat er nog aan mensen en goederen over is, wordt door de vijanden weggenomen.

Copyright information for DutKingComments