Proverbs 30:31

Vier met een voorname tred en een statige gang

Om ons ervoor te bewaren dat we menen dat het kleine van de vorige verzen altijd beter is dan het grote, geeft Agur vier illustraties van statige schepselen. Het zijn allemaal leiders (Sp 30:29). Het contrast met de vorige vier is duidelijk. Het zijn geen machteloze wezens waarmee je kunt doen wat je wilt, maar ze maken indruk. Ze bezitten leiderskwaliteiten. De manier waarop ze zich voortbewegen, heeft iets majestueus. Ze lopen met “een voorname tred” en “hebben een statige gang”. Eerst krijgen we drie voorbeelden uit de dierenwereld. Ze vormen de aanloop naar de vierde, de koning die krijgsvolk bij zich heeft. Het krijgsvolk vergroot de indruk van zijn majesteit.

Het eerste dier met een koninklijke uitstraling is “een leeuw”, de koning onder de dieren (Sp 30:30). “Voor niemand maakt hij rechtsomkeert.” Integendeel, iedereen gaat hem uit de weg en geeft hem ruim baan. Zijn manier van voortbewegen dwingt ontzag af. Er straalt kracht uit. Hij zal zijn pas niet versnellen om te vluchten, want hij kent geen angst voor wie dan ook. Door zijn kracht en majesteit illustreert hij Christus, “de Overste van de koningen van de aarde”, “de Leeuw uit de stam van Juda” (Op 1:5; Op 5:5).

We zien bij “een ranke haan” (Sp 30:31) ook een koninklijke uitstraling als hij te midden van de kippen paradeert. We vinden er iets van terug in het Nederlandse gezegde ‘zijn haan kraait koning’ (= hij behaalt de overwinning). De haan kraait als de zon opkomt, bij het begin van een nieuwe dag. Het is een teken van een nieuw begin. We zien dat bij de verloochening door Petrus van de Heer Jezus. Toen de haan kraaide, schrok Petrus als het ware wakker en kreeg berouw over wat hij had gedaan (Mt 26:75). Dat was het begin van de weg terug.

We kunnen de haan dan ook zien als een symbool van de aankondiging van de komst van de Koning. Christus zal in majesteit als Rechter verschijnen om de wereld te oordelen en Zijn vrederijk op te richten.

Ook de gang van “een bok” is statig. Met zijn kop fier omhoog loopt hij voor de kudde uit (Jr 50:8), hij gaat aan het hoofd ervan. De bok is bij uitstek het dier dat als zondoffer werd gebruikt. Het herinnert aan de Heer Jezus Die met koninklijke waardigheid naar Jeruzalem ging om als het zondoffer te sterven. Hij had Zich voorgenomen die weg te gaan en dat werk te doen en niemand kon Hem daarin tegenhouden (Lk 9:51). Dat werk is de basis voor Zijn terugkeer naar de aarde, want door dat werk heeft Hij het recht op de schepping teruggekregen.

Christus komt terug naar de aarde als “een koning met krijgsvolk bij zich”. Een koning met krijgsvolk bij zich maakt grote indruk. Niemand durft zich tegen hem te verzetten en niemand kan tegen hem standhouden. Dat zal gebeuren wanneer Christus als Koning terugkomt met al Zijn volk bij Zich (Op 19:11-21). Het is het volk dat Hij voor Zichzelf heeft geheiligd, waarvoor Hij het offer heeft gebracht. Dat volk mag met Hem regeren.

Copyright information for DutKingComments