1 Kings 8:22

22En Salomo stond voor het altaar des Heeren, tegenover de ganse gemeente van Israël, en breidde zijn handen uit naar den hemel;
 stond Te weten, op het koperen en verheven gestoelte, hetwelk was in het voorhof des volks, recht tegenover het brandofferaltaar, dat hij uit zijn stoel zien Kon. Zie hiervan 2Ki 11:14, en 2Ki 23:3, en 2Ch 6:13.
,
 breidde Tot een bewijs, dat hij zijn hart tot God, dien hij aanriep, opgeheven had, en van hem alleen alles goeds verwachtte. Van welke ceremonie, bij de ouden in het bidden gebruikt, zie ook Ezr 9:5; Job 11:13; Psa 44:21, en Psa 63:5; 1Ti 2:8.
Copyright information for DutSVVA