2 Samuel 5:2
2Daartoe ook te voren, toen Saul koning over ons was, waart gij Israël uitvoerende en inbrengende; ook heeft de Heere tot u gezegd: Gij zult Mijn volk Israël weiden, en gij zult tot een voorganger zijn over Israël. ▼▼ te voren, Hebreeuws, gisteren, ook eergisteren
,
▼
,
▼▼ gezegd Ten tijde uwer zalving door Samuel, beschreven 1Sa 16:11-13. Alhoewel deze woorden daar niet staan.
,
▼▼ weiden, Dat is, regeren met al zulke zorg, genegenheid en getrouwheid, als een goed herder, [waarop gij u verstaat] zijn schapen leidt, weidt, regeert, bezorgt en beschermt. Zie Psa 78:70-71, en onder, 2Sa 7:7.
,
▼
Copyright information for
DutSVVA