Amos 2:14-16

14Zodat de snelle niet zal ontvlieden, en de sterke zijn kracht niet verkloeken, en een held zal zijn ziel niet bevrijden.
 Zodat de snelle Hebr. en de toevlucht zal van den snellen, of lichten, [te weten, op de voeten, gelijk in het volgende vers] vergaan, of verloren zijn.
,
 verkloeken, Hij zal zijne kracht niet kunnen gebruiken, of zo hij ze aanlegt, het zal tevergeefs zijn.
,
 ziel niet bevrijden Dat is, leven; zie Gen 19:17 , alzo in vs.15.
15En die den boog handelt, zal niet bestaan, en die licht is op zijn voeten, zal zich niet bevrijden; ook zal, die te paard rijdt, zijn ziel niet bevrijden.
 bestaan, Of, blijven staan, die anderzins een kloek en dapper krijgsman placht te zijn.
16En de kloekhartigste onder de helden zal te dien dage naakt heenvlieden, spreekt de Heere.
 kloekhartigste Hebr. de sterkte zijns harten, of die sterk [is met zijn hart. Verg. Psa 76:6 .
,
 naakt heenvlieden, Wapen en kleed wegwerpende, om te lichter op de vlucht te zijn.
Copyright information for DutSVVA