Daniel 7:9

9Dit zag ik, totdat er tronen gezet werden, en de Oude van dagen Zich zette, Wiens kleed wit was als de sneeuw, en het haar Zijns hoofds als zuivere wol; Zijn troon was vuurvonken, deszelfs raderen een brandend vuur.
 totdat er tronen gezet werden, Dat is, totdat de tijd gekomen was, dat God gericht over die tirannen gehouden, hen gestraft en zijn volk van hunne tirannie verlost heeft. Anders: totdat zij [te weten de engelen] de tronen [te weten van de koningen der aarde] hebben henengeworpen. Anderen nemen het in dezen zin: Totdat die koningen hunne tronen, of koninklijke stoelen, verlatende, voor God weken, toen God nakende was ten gericht, totdat Hij zijn troon boven alle andere zou oprichten.
,
 de Oude van dagen Zich zette, Dit is ene omschrijving van den eeuwigen waren God, die vóór alle eeuwigheid geweest is, nu is, en in alle eeuwigheid zijn zal; alzo ook vs.13, 22.
,
 wit was als de sneeuw, Koningen en vorsten droegen eertijds witte klederen; zie Gen 41:42 , en Est 8:15 . Zodat het hier betekent de majesteit van God.
,
 als zuivere wol; Afbeeldende de reinheid Gods. Vergelijk Psa 51:6 ; Rom 3:4 .
,
 Zijn troon Eigenlijk te spreken heeft God noch troon, noch stoel, en wordt Hij met geen raderen voortgetrokken; maar het heeft Hem belieft zich zijnen profeten in verscheidene gedaanten te vertonen, om hun enig bewijs zijner tegenwoordigheid te geven.
,
 vuurvonken, Of, vuurspranken, afbeeldende den toorn en het strenge gericht van God. Want gelijk het vuur alles verslindt, alzo is ook God een verterend vuur voor de goddelozen.
Copyright information for DutSVVA