Ezekiel 7:2-3

2Verder, gij mensenkind, zo zegt de Heere Heere, van het land Israëls: Het einde is er, het einde is gekomen over de vier hoeken des lands.
  het land Israëls Versta het koninkrijk van Juda, hetwelk in dit boek dikwijls Israël genaamd wordt. Vergelijk 2Ch 15:17 , en 2Ch 21:2 .
,
 einde is er, Te weten van het voorgemeld land. Versta door het woord einde des lands ondergang en verderf. Zie Gen 6:13 , vergelijk Lam 4:18 .
,
 is gekomen Dat is, is zeer nabij, want deze voorzegging geschiedde in het vijfde jaar van het koninkrijk van Zedekia, en in het elfde de vervulling. Zie gelijke manier van spreken 1Sa 2:31 ; Psa 102:14 ; Isa 13:22 ; Jer 50:31 .
,
 hoeken des lands Hebreeuws, vleugelen; dat is, zijden, grenzen of gewesten van het land Juda; als daar waren de west , oost , zuid en noordgrenzen. Christus noemt deze de vier winden, Mat 24:31 . De zin is: Dat geen deel van het land van Gods straf zou vrij wezen.
3Nu is het einde over u; want Ik zal Mijn toorn tegen u zenden, en Ik zal u richten naar uw wegen, en Ik zal op u brengen al uw gruwelen.
 toorn tegen u zenden, Dat is, mijne straffen, die Ik in mijne gramschap tegen u zal uitgieten. Alzo Exo 15:7 ; Job 20:23 ; Psa 78:49 .
,
 richten Dat is, straffen; zie Gen 15:14 .
,
 wegen, Dat is, werken; zie Gen 6:12 .
,
 zal op u brengen al uw gruwelen Hebreeuws, zal op u geven; dat is brengen, leggen, stellen, alzo vs.4; dat is, zal u straffen vanwege al uwe gruwelen en boze werken. Zie gelijke manier van spreken 1Ki 8:32 ; Jer 26:15 ; onder vs.8-10, en Eze 11:21 , en Eze 16:43 , en Eze 22:31 , en Eze 23:49 .
Copyright information for DutSVVA