Genesis 20:13

13En het is geschied, als God mij uit mijns vaders huis deed dwalen, zo sprak ik tot haar: Dit zij uw weldadigheid, die gij bij mij doen zult; aan alle plaatsen waar wij komen zullen, zeg van mij: Hij is mijn broeder!
 deed dwalen, Hoewel de naam Gods ELOHIM, die in het getal van velen staat, gewoonlijk gevoegd wordt bij een woord, dat in het eenvoudig staat, hetwelk betekent de enigheid des Goddelijken wezens, nochtans wordt het hier gevoegd bij een woord, dat ook in het getal van velen staat, om [zoals sommige geleerden oordelen] te betekenen de drievuldigheid der personen, Hebr. Als mij ELOHIM deden dwalen. Zie dergelijke manier van spreken, onder Gen 35:7; Jos 24:19; 2Sa 7:23; Psa 58:12; Jer 10:10.
,
 aan alle Hiermede schijnt Abraham te willen zeggen dat hij, uit zijns vaders huis trekkende, vermoedde dat hij geen vreze Gods vinden zou bij enige volken, tot welke hij zou komen; zodat die van Gerar dit zich in het bijzonder niet hadden aan te trekken.
Copyright information for DutSVVA