Genesis 49:24

24Maar zijn boog is in stijvigheid gebleven, en de armen zijner handen zijn gesterkt geworden, door de handen van den Machtige Jakobs; daarvan is hij een herder, een steen Israëls;
 zijn boog Dat is, zijn sterkte en welvaart is in haar geheel gebleven, zodat hij niet kon vernield worden door zijn vijanden. Eenigen verstaan door den boog, het geloof van Jozef; door zijn armen, zijn deugden.
,
 handen van den De handen Gods; betekenen zijn almachtige sterkte; Exo 13:3; Psa 10:12; Eze 39:21, enz.
,
 Machtige Dat is, van God, die Jakob en zijn huisgezin door zijn macht beschermd heeft.
,
 daarvan is hij Dat is, van God, die alleen de fontein is en de gever alles goeds.
,
 herder, een Versta, Jozef, wien God gesteld had tot een herder, om voedsel te beschikken den Egyptenaars en anderen volken, doch in het bijzonder Jakobs huis, om welke oorzaak hij ook een steen, of, rots van toevlucht genoemd wordt.
Copyright information for DutSVVA