Haggai 2:5

5[02:6] Met het woord, in hetwelk Ik met ulieden een verbond gemaakt heb, als gij uit Egypte uittrokt, en Mijn Geest, staande in het midden van u; vreest niet!
 het woord, Te weten, met dat woord, door hetwelk de hemelen gemaakt zijn, Psa 33:6 , Psa 33:9 ; dat is, met Christus, in welken Ik; dat is, in en door welken Christus Ik een verbond met ulieden gemaakt heb, waarom Christus Mal 3:1 , de engel des verbonds genoemd wordt, en de apostel zegt 2Co 1:20 , dat de belofte in Christus alleen ja en amen is. Anders: naar het woord, doe Ik met ulieden, enz.; dat is, naar de beloften, die Ik uwen vaderen en ulieden gedaan heb, dat Ik wilde zijn hun God en huns zaads God na hen; Gen 15:18 .
,
 gij uit Egypte uittrokt, Te weten, besloten zijnde in de lenden uwers vaderen. Zie gelijke manier van spreken Act 7:53 .
,
 Mijn Geest, Versta, den Heilige Geest, die onze zwakheid mede te hulp komt, Rom 8:26 . Dit vers heeft een klaar bewijs van de drie personen der Heilige Drievuldigheid.
,
 staande in het midden van u; Dat is, bij u tegenwoordig zijnde met zijn krachtige werking. Anders: en mijn Geest zal in het midden van u blijven; dat is, Hij zal ulieden in het uitvoeren van het werk van dit gebouw kracht verlenen; derhalve vreest niet, de zaak zal een goeden voortgang hebben.
Copyright information for DutSVVA