Hosea 14:3

3[014:4] Assur zal ons niet behouden, wij zullen niet rijden op paarden, en tot het werk onzer handen niet meer zeggen: Gij zijt onze God. Immers zal een wees bij U ontfermd worden.
 Assur zal ons niet behouden, Wij zullen ons heil en onze welvaart niet meer bij mensen of buiten U zoeken, want zulks is ijdelheid, ja ons verderf; zie Hos 12:2 , enz.
,
 rijden Wij zullen ons vertrouwen niet meer stellen op menselijke middelen, niet meer hier en daar reizen om verbond en hulp. Verg. Hos 5:13 , en Hos 7:11 , en Hos 12:2 .
,
 paarden, Hber. paard.
,
 werk onzer handen De afgodische beelden; zie Hos 13:1-2 , enz.
,
 God Of, goden.
,
 Immers Alzo wordt het Hebr. woord ook gebruikt, 1Sa 15:20 . Anders: watn toch, of dat toch, enz., biddenderwijze.
,
 wees bij U ontfermd worden Een zeer bewegenlijk besluit van dit boetvaardig en gelovig gebed, waarmede zij bekennen dat er voor hen nergens enig heil is dan bij God alleen, naardien zij op aarde [als een weeskind] van alle menselijke hulp verlaten zijn, en vertrouwen dat God zulke weesjes, tot Hem om genade schreiende, niet zal verstoten; verg. Lam 5:3 , en Psa 10:14 , en Psa 68:6 , en Psa 146:9 ; Joh 14:18 .
Copyright information for DutSVVA