Isaiah 17:12-13

12Wee der veelheid der grote volken, die daar bruisen, gelijk de zeeën bruisen; en wee het geruis der natiën, die daar ruisen, gelijk de geweldige wateren ruisen!
 Wee Hier beginnen enigen Isa 18 omdat hier begint ene profetie tegen de Assyriërs en de Moren.
,
 der veelheid De profeet voorzegt hier dat wel vele vreemde natiën Gods volk zouden overvallen, maar dat het ten laatste tot hun eigen verderf zou strekken.
,
 der grote volken, Die den koning van Assyrië in zijn leger dienen zullen tegen de Israëlieten.
13De natiën zullen wel ruisen, gelijk grote wateren ruisen; doch Hij zal hem schelden, zo zal hij verre wegvlieden, ja, hij zal gejaagd worden, als het kaf der bergen van den wind, en gelijk een kloot van den wervelwind.
 Hij zal Te weten de Heere.
,
 hem Te weten den koning van Assyrië. Anders, het, te weten volk, of die, te weten natiën.
,
 schelden, Zie de aantekening Psa 9:6 .
,
 hij Te weten de koning van Assyrië; zie 2Ki 19:36 .
,
 verre wegvlieden, Te weten tot in Assyrië toe.
,
 gejaagd worden, Te weten door den engel, die het leger van Sanherib vervolgd en verslagen heeft.
,
 het kaf der bergen Dat is, gelijk het kaf, of stof, dat op de bergen ligt, waar de wind lichtelijk kan bijkomen.
,
 een kloot Of, ronde bol, of bal, of wervel, of kluwen. Anders: als een rond ding. Zie Psa 83:14 .
Copyright information for DutSVVA