Isaiah 24:17-18

17De vrees, en de kuil, en de strik over u, o inwoners des lands!
 De vrees, Zie Psa 11:6 . In vs.17 staan drie Hebreeuwse woorden op ene wijze luidende; te weten, pachad, pachat, pach, welker eigenaardigheid wij in onze spraak niet kunnen uitdrukken.
,
 de strik Anders, het net.
18En het zal geschieden, zo wie voor de stem der vreze vlieden zal, die zal in den kuil vallen; en die uit den kuil opklimt, die zal in den strik gevangen worden; want de sluizen in de hoogte zijn opengedaan, en de fondamenten der aarde zullen beven.
 zo wie Vergelijk Job 20:24 , enz.
,
 voor de stem Dat is, voor de stem der vijanden, die schrik en vrees zullen aanjagen. De mening is: ofschoon iemand het ene ongeluk ontvlieden zal, zo zal hij toch in een ander vervallen.
,
 den kuil opklimt, Hebreeuws, uit het midden des kuils.
,
 de sluizen Of, spuien, of sluizen. De profeet wil zeggen dat God zijn toorn over hen uitstorten en openbaren zou, boven uit den hemel en beneden op de aarde, gelijk ten tijde van den zondvloed geschied is. Anders, vensters. Zie de aantekening Gen 7:11 .
Copyright information for DutSVVA