Isaiah 27:1
1Te dien dage zal de Heere met Zijn hard, en groot, en sterk zwaard bezoeken den Leviathan, de langwemelende slang, ja, den Leviathan, de kromme slomme slang; en Hij zal den draak, die in de zee is, doden. ▼▼ dien dage Te weten, als God zijn volk uit de Babylonische gevangenschap verlossen zal.
,
▼
,
▼
,
▼▼ den Leviathan, Hierbij verstaan enigen den koning te Babel, listig als een slang, vergiftig of schadelijk als een draak. Anderen verstaan ook hier door leviathan den duivel, den antichrist en alle zo geestelijke als lichamelijke vijanden der kerk Gods. Zie breder van het woord leviathan Job 40:20 , en Psa 74:14 .
,
▼
,
▼▼ draak, Of, de zeedraak.
Copyright information for
DutSVVA