Isaiah 33:9

9Het land treurt, het kweelt; de Libanon schaamt zich, hij verwelkt; Saron is geworden als een woestijn; zo Basan als Karmel zijn geschud.
 Het land Te weten het Joodse land, hetwelk van de Assyriërs verwoest is.
,
 de Libanon De naam van een berg, en door dezen, als andere hier genaamde plaatsen, liggende aan de grenzen des lands, wordt te kennen gegeven, dat het ganse land verwoest was.
,
 schaamt zich, Te weten omdat hij van zijn schone hoge cederbomen ontbloot is, die door de Assyriërs zijn afgehouwen, waarmede hij tevoren versierd en als opgepronkt was.
,
 hij verwelkt; Of, hij is nedergehouwen.
,
 Saron Een land, waar goede tarwe pleegt te wassen. Zie 1Ch 27:29 , maar het was jammerlijk verwoest als de profeet dit schreEf.
,
 Basan In Basan was goede weide. Zie Deu 32:14 ; Psa 22:13 . Dit gebergte lag niet in den stam van Juda, maar in den halven stam van Manasse; Jos 13:30 .
,
 Karmel Hier was ook goed weideland. Zie 1Sa 25:2 .
,
 zijn geschud Of, werpen af; te weten hunne vruchten. Anders: ruchelt; dat roept als een ezel, dat is, schreit verschrikkelijk, namelijk omdat de beesten, die daar plachten te weiden, nu verdreven en geroofd waren.
Copyright information for DutSVVA