Isaiah 41:15-16

15Ziet, Ik heb u tot een scherpe nieuwe dorsslede gesteld, die scherpe pinnen heeft; gij zult bergen dorsen en vermalen, en heuvelen zult gij stellen gelijk kaf.
 Ik heb u Dat is, Ik heb u zulke macht en vermogen gegeven, dat gij zult vertreden en vermorzelen al degenen, die zich tegen u verheffen. Zie 2Co 10:4-5 .
,
 scherpe nieuwe dorsslede Of, snedige; dat is, die bekwaam is om scherp te snijden.
,
 die scherpe pinnen Hebreeuws, die een heer of bezitter der monden is; dat is, die als met monden, dat is scherpe pinnen, wel voorzien is, om te bijten, te kwetsen en te beschadigen.
,
 gij zult bergen Dat is, de hogen, groten, verhevenen en aanzienlijken in het land zult gij vernielen, die u bevechten zullen; of, ik zal het in uwen naam en om uwentwil doen. Vergelijk Rev 17:14 , en Rev 19:18 , en Rev 20:8-9 .
16Gij zult ze wannen, en de wind zal ze wegnemen, en de stormwind zal ze verstrooien; maar gij zult u verheugen in den Heere; in den Heilige Israëls zult gij u roemen.
 in den HEERE; Dat is, vanwege den Heere, te weten omdat Hij u zo goedertieren voor de zijnen kent en aanneemt.
,
  in den Heilige Israëls Dat is, in dien, welken de Israëlieten voor hun heiligen God kennen, eren en vrezen.
Copyright information for DutSVVA