Jeremiah 10:24

24Kastijd mij, Heere! doch met mate; niet in Uw toorn, opdat Gij mij niet te niet maakt.
 Kastijd mij Zie Psa 6:2 .
,
 mate; Hebreeuws eigenlijk, met oordeel; dat is, hier, met redenen en discretie, of op een redelijke, of matige wijze, zoals Gij uwen kinderen beloofd hebt, dat Gij ook volgens uwe gerechtigheid houden zult. Zie onder Jer 30:11 , en Jer 46:28 , en vergelijk Isa 30:18 ; Eze 34:16 ; het tegendeel is de vernietiging, waarvan in het volgende.
,
 te niet maakt Hebreeuws, vermindert, klein, weinig, of gering maakt; dat is, niet verbrijzelt of vergruist, of zo klein maakt dat ik geen volk meer zij, hetwelk een gevolg is van de uitstorting des goddelijken toorns, waarvan in vs.25. Dit wordt gesteld tegen de matige kastijding.
Copyright information for DutSVVA