Jeremiah 15:19-21

19Daarom zegt de Heere alzo: Zo gij zult wederkeren, zo zal Ik u doen wederkeren; gij zult voor Mijn aangezicht staan; en zo gij het kostelijke van het snode uittrekt, zult gij als Mijn mond zijn; laat hen tot u wederkeren, maar gij zult tot hen niet wederkeren.
 wederkeren, Van deze onverduldigheid en murmureringen, [waarvan in het voorgaande] zulks dat ze u van uw plicht en ambt niet afrukken.
,
 wederkeren; Dat is, u opnieuw herstellen en bevestigen in uw profetischen dienst. Anders: zo gij u wenden zult waarheen Ik u wend; dat is, mijne bevelen getrouwelijk verrichte, zo zult gij enz.
,
 staan; Dat is, mij dienen, mijn knecht en profeet zijn en blijven. Zie 1Ki 17:1 , en 1Ki 18:15 , en Deu 10:8 .
,
 het kostelijke Of, den kostelijke van den snode; dat is, de godzaligen [die voor mij zeer dierbaar zijn] onderscheidt van de goddelozen, hun beiden onderscheidenlijk en vrijmoediglijk aanzeggende wat Ik u belast. Sommigen verstaan hier het onderscheiden van ware en valse leer, profetie, vertroosting, enz. Het schijnt een gelijkenis te zijn, genomen van het werk der goudsmeden. Vergelijk boven Jer 6:29 , en zie ook Psa 12:7 .
,
 mond zijn; Vergelijk boven Jer 1:9 , dat is, mijn rechte profeet en tolk.
,
 laat hen Of, zij zullen tot u wederkeren, raad en troost bij u zoekende. Zie onder Jer 37:3 .
,
 wederkeren Dat gij door kleinhartigheid of menselijke vrees zoudt bezwijken, hun in hunne boosheid toegeven, voegen of bijvallen; idem, raad en troost van hen zoeken.
20Want Ik heb u tegen dit volk gesteld tot een koperen vasten muur; zij zullen wel tegen u strijden, maar u niet overmogen; want Ik ben met u, om u te behouden en om u uit te rukken, spreekt de Heere.
 heb u tegen Of, en Ik zal u stellen, of Ik stel u; te weten, als opnieuw. Vergelijk Jer 1:18 .
21Ja, Ik zal u rukken uit de hand der bozen, en Ik zal u verlossen uit de handpalm der tirannen.
Copyright information for DutSVVA