Jeremiah 30:13

13Er is niemand, die uw zaak oordeelt, aangaande het gezwel; gij hebt geen heelpleisters.
 die uw zaak oordeelt, Dat is, die de zaak van uw gezwel zich aantrekt en onderzoekt of en hoe gij in deze ellende te helpen zijt.
,
 gezwel; Of, de wonde. In deze betekenis wordt het Hebreeuwse woord ook gebruikt Hos 5:13 ; Oba 1:7 , en wordt nergens meer in de Heilige Schriftuur gevonden. Anders: tot verbinding, of uitdrukking, dat is, dat uwe wonden verbonden, uitgedrukt, gezuiverd en geheeld mochten worden.
,
 heelpleisters Hebreeuws, helingen, of genezingen der opklimming, of opkoming, opgang; dat is, men legt geen pleisters op uwe wonden, dat de gezondheid zou mogen opkomen, opklimmen; dat is, toenemen, of dat er littekens mochten opkomen. Vergelijk Neh 4:7 , en onder vs.17. Anders: opkomingen van genezingen, door omzetting van de woorden, gelijk in het Hebreeuws somtijds geschiedt.
Copyright information for DutSVVA