Malachi 3:10
10Brengt al de tienden in het schathuis, opdat er spijze zij in Mijn huis; en beproeft Mij nu daarin, zegt de Heere der heirscharen, of Ik u dan niet opendoen zal de vensteren des hemels, en u zegen afgieten, zodat er geen schuren genoeg wezen zullen. ▼ , ▼▼ beproeft Mij nu daarin, Te weten, of Ik u niet zal zegenen, als gij de tienden, en alles wat tot mijn godsdienst behoort, oprechtelijk levert.
,
▼▼ opendoen zal Te weten, ter bekwamer tijd. De zin is: Dan zal Ik ulieden overvloedigen en tijdigen regen geven.
,
▼
,
▼▼ zegen Zegen is hier te zeggen vruchtbaren en overvloedigen regen.
,
▼▼ afgieten, Hebr. ijdelen, of ijdel maken. De zin is: In zulk een overvloed, dat het zal schijnen dat Ik al mijne schatkamers ijdel of ledig maak.
,
▼▼ zodat er geen schuren genoeg wezen zullen Hebr. tot niets genoeg. De zin is: Ik zal ulieden zoveel vruchten en overvloed geven, dat gij ze niet allen zult kunnen inzamelen, noch schuren en vaten genoeg hebben om dezelve daarin te laten.
Copyright information for
DutSVVA