Psalms 102:24-25

24[0102:25] Ik zeide: Mijn God! neem mij niet weg in het midden mijner dagen; Uw jaren zijn van geslacht tot geslacht.
 Ik zeide Te weten, als de Heere mij drukte op den weg naar Babylonië, vs.24, stellende deze gedachten tegen de vorige plaag en vrees dat ik haast zou sterven.
,
 neem mij Hebr. neemt mij niet op; te weten, uit dit leven. Zie de aantekening bij Job 36:20 .
,
 uw jaren Hij wil zeggen: Heere, dewijl Gij eeuwig blijft daarom zal ook uwe kerk eeuwig blijven, en zij zal door de vijanden en vervolgers niet kunnen onderdrukt worden, gelijk hij vs.29, besluit.
,
 van geslacht tot Hebr. van geslacht der geslachten.
25[0102:26] Gij hebt voormaals de aarde gegrond, en de hemelen zijn het werk Uwer handen;
 Gij hebt De apostel gebruikt Heb 1:10-12 , deze woorden om de Godheid van Christus te bewijzen, omdat hier de Heere Christus verklaard wordt niet alleen te zijn de Schepper van alles en eeuwig, maar ook een Verlosser en Zaligmaker zijner gemeente. Zie vs.14, 16, 23, 29; waarom de apostel in de aangehaalde plaats ook den naam HEERE, uit het vs.13, herhaald zijnde, Hem toeschrijft.
,
 voormaals Hebr. voor het aangezicht; dat is hier te zeggen voormaals, voorheen.
Copyright information for DutSVVA