Song of Solomon 2:13-14

13De vijgeboom brengt zijn jonge vijgjes voort, en de wijnstokken geven reuk met hun jonge druifjes. Sta op, Mijn vriendin! Mijn schone, en kom!
 De vijgeboom Dat is, de mensen, die tevoren als dorre bomen waren, beginnen nu geestelijkerwijze te bloeien door mijne genade; de gemeente, die tevoren woest gelegen hebben, geven nu beginselen van schone vruchten door de kracht van mijn Geest en Woord, en zij geven van zich een lieflijken reuk, 2Co 2:15 . Zie de gelijkenis van den vijgeboom, Mat 24:32 ; Luk 13:6 .
,
 jonge vijgjes Of, onrijpe vijgen. Het Hebreeuwse woord, dat hier gebruikt wordt, vindt men alleen hier.
,
 de wijnstokken Door de wijnstokken worden hier de particuliere kerken verstaan, gelijk Isa 5:1 ; Hos 9:10 .
,
 geven reuk Te weten, een treffelijken reuk, gelijk Son 7:13 .
,
 druifjes Of, tedere, kleine, groene, onrijpe druiven. Het Hebreeuwse woord is hier alleen en onder, vs.15, en Son 7:12 .
,
 kom Gelijk boven, vs.10.
14Mijn duive, zijnde in de kloven der steenrotsen, in het verborgene ener steile plaats, toon Mij uw gedaante, doe Mij uw stem horen; want uw stem is zoet, en uw gedaante is liefelijk.
 Mijn duive, Aldus wordt de gemeente van Christus genoemd vanwege hare kuisheid en eenvoudigheid. Zie Mat 10:16 , en boven, Son 1:15 .
,
 zijnde Daar schuilende uit vrees der vijanden. Zie Jer 48:28 . Anders: die u onthoudt in de scheuren der steenrotsen; beschaamd zijnde vanwege de mismaaktheid uwer zonden.
,
 in het verborgene Die u in onbewoonde plaatsen, in holen en spelonken, vanwege de vervolging verbergt; gelijk 1Ki 18:4 ; Psa 55:7-8 , en Psa 68:14 ; Rev 12:6 . Sommigen zetten het over, een verborgen trap, duidende zulks op den Heere Christus, die de trap en ladder is naar den hemel; Gen 28:12 ; Joh 1:52 .
,
 toon Mij Dat is, kom tot mij, wandel voor mij oprechtelijk, gelijk Gen 17:1 ; Rom 12:1 ; Eph 5:27 . Te weten, nadat gij door mijn Geest en bloed zult gereinigd zijn.
,
 uw stem horen; Dat is, uwe gebeden en lofzangen. Zie Psa 5:4 , en Psa 28:2 , en Psa 42:5 , en Psa 50:15 , en elders.
,
 is zoet, Dat is, zij is mij aangenaam, te weten als zij uit een waar geloof spruitende is.
Copyright information for DutSVVA