2 Corinthians 2:14
26) allen tijd doet Dat is, hetzij wij langen tijd, hetzij korten tijd in ene plaats het Evangelie prediken. 27) triomferen Of, overwonnen. 28) in Christus, en Dat is, in de zaak van Christus, of door Christus. 29) reuk Zijner Dat is, het gerucht of de voortgang; ene gelijkenis, genomen van de reukoffers des Ouden Testaments, die, door vuur ontstoken zijnde, zich verspreiden door den tempel en over de vergadering. 2 Timothy 4:13
49) Breng den reismantel Grieks phelonen. Lat. penulam; welke een mantel was, om in het reizen te gebruiken tegen regen en koude. Sommigen verstaan daardoor een koffertje, om boeken in te leggen. 50) de boeken, inzonderheid Namelijk der heilige Schrift, of andere, handelende van Gods woord. 51) de perkamenten. Grieks membranas; een Latijns woord, betekenende enige dunne vellen van beesten, toebereid om op te schrijven, bij ons genoemd perkamenten, omdat zij eerst in de stad Pergamos zijn gevonden en bereid.
Copyright information for
DutKant