‏ James 2:2

4) vergadering kwam

Grieks synagoge; waardoor verstaan worden niet de Joodse scholen of synagogen, waar de christenen niet meer kwamen om hun godsdienst te oefenen, maar allerlei plaatsen, waar de christenen bijeen kwamen om den godsdienst te plegen.

5) een man met een gouden

Dat is, rijke lieden die vanwege hun rijkdom of pracht voorgetrokken worden, waaronder dikwijls worden gevonden zodanigen als beschreven worden Jak. 1:6,7.

Jas 1.6,7

6) sierlijke kleding,

Grieks blinkende.

7) een arm man in

Namelijk hoewel hij vroom en gelovig is.

8) met een slechte kleding;

Grieks in een vuile kleding.

Copyright information for DutKant