Leviticus 10:6
16) Eleazar, Hebreeuws, Elhazar. 17) Gij zult uw hoofden niet ontbloten, Dat is, gij zult over Nadab en Abihu niet gebruiken enigen rouw, waarvan tekenen waren de ontbloting van het hoofd en het scheuren der klederen, onder, Lev. 13:45, en Lev. 21:10. Le 13.45 21.10 18) en grote toorn over de ganse vergadering kome; Anders, en [de Heere] over de ganse vergadering zeer toornig worde. 19) broederen, Zie Exod. 2:11. Ex 2.11 20) dezen brand, Waarmede Nadab en Abihu verbrand zijn.
Copyright information for
DutKant