Romans 16:2
5) ontvangt Dat is, herbergt en vriendelijk bejegent. 6) in den Heere, Dat is, om des Heeren wil, of in des Heeren naam. 7) gelijk het den heiligen betaamt, Dat is, gelijk haar, die een heilige en godzalige vrouw is, en ook ulieden, die vrome Christenen zijt, betaamt. Grieks, waardiglijk den heiligen. 8) bijstaat, Namelijk met raad en daad, om haar hare zaken te helpen verrichten, die zij te Rome te doen heeft. 9) een voorstandster geweest van velen, Of, herbergster; namelijk die vele verjaagde Christenen in haar huis heeft ontvangen. Zie 1 Tim. 5:10. Het schijnt dan dat zij een welgestelde vrouw geweest is. 1Ti 5.10 Ephesians 4:1
1) bid ik u dan, Of, vermaan. 2) gevangene Grieks, gebonden. Zie Ef. 3:1. Eph 3.1 3) in den Heere, Dat is, om de zaak des Heeren, namelijk Christus, gelijk Ef. 3:1. Eph 3.1 4) waardiglijk Dat is, betamelijk, gelijk Matth. 3:8. Mt 3.8 5) gij geroepen zijt; Namelijk tot de gemeenschap van Christus, en derhalve ook der godzaligheid in Christus. De apostel spreekt hier niet alleen van de uitwendige, maar ook van de inwendige en krachtige beroeping, waardoor zij tot het geloof in Christus gebracht waren; gelijk uit de volgende verzen blijkt.
Copyright information for
DutKant