1 Chronicles 28:6

Acts 13:22-23

31) naar de belofte,

Namelijk aan David gedaan; 2 Sam. 7:12,13; Ps. 89:21, en Ps. 132:11; Jes. 11:1; Hand. 2:30; Rom. 1:3; 2 Tim. 2:8.

2Sa 7.12,13 Ps 89.20 132.11 Isa 11.1 Ac 2.30 Ro 1.3 2Ti 2.8

Romans 1:3

6) geworden is

Of, geboren; gelijk Gal. 4:4.

Ga 4.4

7) zaad van Davids,

Dat is, nakomelingen.

8) naar het vlees;

Dat is, naar zijn menselijke natuur; Joh. 1:14; 1 Tim. 3:16.

Joh 1.14 1Ti 3.16

Hebrews 1:5

19) Gij zijt Mijn Zoon,

Namelijk eigen en natuurlijke Zoon; want anderszins zijn ook de engelen kinderen Gods, ten opzichte dat zij door God en naar Zijn evenbeeld zijn geschapen, en tot kinderen aangenomen. Zie Job 1:6; Ps. 89:7.

Job 1.6 Ps 89.6

20) heden heb ik u

Dat is, van eeuwigheid, welke heden genoemd wordt, omdat in de eeuwigheid noch begin is noch einde, maar ene gedurigheid die altijd tegenwoordig is. Anderen verstaan het van den tijd waarin deze eeuwige geboorte in de wereld is geopenbaard.

21) gegenereerd?

Of geteeld, gewonnen, geboren; namelijk door een eeuwige, bovennatuurlijke en onbegrijpelijke generatie. Want Hij spreekt van zulk een geboorte, op welke wijze geen engelen noch mensen zijn geboren, maar alleen de Zoon. Waarom Hij ook de eniggeborene van den Vader genoemd wordt, Joh. 1:18; en de eigen Zoon Gods, Rom. 8:32. Deze plaats wordt ook Hand. 13:33, op Zijn opstanding uit de doden toegepast, omdat Hij toen krachtig is bewezen de Zoon Gods te zijn, gelijk Paulus spreekt Rom. 1:4.

Joh 1.18 Ro 8.32 Ac 13.33 Ro 1.4

22) Ik zal Hem tot een Vader zijn,

Deze woorden worden wel van Salomo als een voorbeeld van Christus, die den tempel te Jeruzalem zou bouwen, uitgesproken, maar van Christus Jezus, als de betekenende zaak, vooral verstaan, die den geestelijken tempel, dat is de gemeente Gods, alleen heeft gebouwd, en een Heere daarvan is, gelijk de apostel hierna, Hebr. 3,4,5,6, betuigt en die alleen een koninkrijk zonder einde heeft, gelijk de engel verklaart; Luk. 1:32,33.

Lu 1.32,33
Copyright information for DutKant