1 Corinthians 1:5

11) in alles zijt

Dat is, met allerlei geestelijke gaven overvloedig begaafd geworden door hem. Hiermede legt hij een fondament om hun te tonen dat zij door deze gaven niet hoogmoedig moeten worden, of tegen elkander roemen, maar dat zij God in Christus daarover moeten danken, en die gebruiken tot stichting van elkander in vrede en enigheid.

12) in alle rede

Of, in allen woord. Dit wordt verstaan, •f van de gave van bekwamelijk te kunnen uitspreken hetgeen door de kennis van hen begrepen was, of van het woord des apostels zelf, waardoor zij tot deze kennis van alle verborgenheden des geloofs gebracht waren; Hand. 20:20.

Ac 20.20
Copyright information for DutKant