1 Corinthians 10:15

31) verstandigen spreek ik,

Dat is, als tot degenen, die in de verborgenheden onzes geloofs ervaren en onderricht zijn.

1 Thessalonians 5:21

42) Beproeft

Namelijk die u van de leraars voorgesteld worden, aan den toeststeen van Gods Woord. Zie een loffelijk exempel Hand. 17:11.

Ac 17.11

43) behoudt

Namelijk standvastig, zonder daarvan af te wijken.

44) het

Dat is, de goede leer, die gij in Gods Woord vast gegrondvest vindt.

1 John 4:1

1) geest, maar

Dat is, leraar, die voorgeeft dat zijn leer is uit openbaring van den Heiligen Geest; zie 1 Tim. 4:1.

1Ti 4.1

2) beproeft de geesten,

Namelijk aan den toetssteen van Gods Woord. Zie 1 Thess. 5:21.

1Th 5.21

3) of zij uit God zijn;

Dat is, of hun leer van God is ingegeven en met Gods Woord overeenkomt.

4) valse profeten zijn

Dat is, valse leraars. Want gelijk profeten genoemd worden, niet alleen die toekomende dingen voorzeggen maar ook die de Schrift uitleggen, 1 Cor. 14:3,37; zo worden ook valse profeten genoemd, niet alleen die iets voorzeggen dat niet waar is maar ook die de Schrift verkeerd uitleggen, en valse leringen drijven; zie Matth. 24:24.

1Co 14.3,37 Mt 24.24

5) uitgegaan in de wereld.

Zie 1 Joh. 2:19.

1Jo 2.19
Copyright information for DutKant