1 Corinthians 15:28

83) onderworpen worden

Namelijk afgelegd hebben, niet Zijn goddelijke natuur en macht, maar deze wijze van bediening van Zijn Middelaarsambt, welke Hij, als een gezant des Vaders, alsdan volkomen volbracht en uitgevoerd zal hebben.

84) God zij

Namelijk de Vader.

85) alles in allen.

Dat is, zijne gemeente voorts door Hem zelf, als ware God met den Zoon en den Heiligen Geest zonder middel verheerlijke.

2 Peter 1:19

65) het profetische woord,

Namelijk dat in de schriften der profeten staat beschreven, hetwelk van de kracht en de komst van Christus overvloedig getuigt. Zie Luk. 1:70; Joh. 5:39; Hand. 10:43; Rom. 1:2; 1 Petr. 1:10.

Lu 1.70 Joh 5.39 Ac 10.43 Ro 1.2 1Pe 1.10

66) dat zeer vast is,

Grieks dat vaster is; hetwelk verstaan kan worden zo het luidt: in vergelijking van deze getuigenis van Petrus, ten aanzien van de Joden; gelijk Hand. 17:11, of naar een Hebreeuwse wijze van spreken, allervast, of zeer vast; namelijk om daarop, als op een zeer vasten grond, ons geloof te bouwen, Ef. 2:20, welke verklaring de eenvoudigste is.

Ac 17.11 Eph 2.20

67) daarop acht hebt,

Of u daaraan houdt.

68) een licht, schijnende

Of een lantaarn, kaars, gelijk de Schrift ook elders zo wordt genoemd, Spreuk. 6:23; Ps. 19:9, en Ps. 119:105, omdat het het middel is, waardoor wij verlicht worden met de kennis der zaligheid.

Pr 6.23 Ps 19.8 119.105

69) in een duistere plaats,

Dat is, in de harten der mensen, die van nature verduisterd, ja de duisternis zelf zijn, in zaken die de zaligheid aangaan, Joh. 1:5; 1 Cor. 2:14; Ef. 4:17,18, waarvan de overblijfselen in de wedergeborenen nog zijn, zolang zij hier op aarde nog leven; 1 Cor. 13:9, enz.

Joh 1.5 1Co 2.14 Eph 4.17,18 1Co 13.9

70) de dag aanlichte,

Grieks de dag doorschijne; dat is doorbreke; door welken dag verstaan wordt de tijd der volmaakte kennis in het toekomende leven.

71) morgenster

Dat is, Christus, die in ons zal opgaan in Zijn volmaaktheid in het toekomende leven, gelijk God het licht, en het Lam de kaars en morgenster van het hemelse Jeruzalem wordt genoemd, ten opzichte van de volle kennis, die wij dan door Hem zullen ontvangen; Openb. 21:23, en Openb. 22:5,16.

Re 21.23 22.5,16

72) opga in uw harten.

Dat is, dat gij daardoor volkomen moogt verlicht worden.

Revelation of John 22:16

39) ulieden deze

Namelijk den engelen of herders en opzieners der zeven gemeenten, en door u aan uw gemeenten, en voorts aan alle herders en gemeenten in de wereld. Zie Openb. 1:11, en Openb. 2:1, enz.

Re 1.11 2.1

40) de Wortel en

Zie hiervan Openb. 5:5. En Christus wordt hier zo genoemd, ten opzichte van Zijn menselijke natuur, die van David afkomstig is; Matth. 1:1; Rom. 1:3.

Re 5.5 Mt 1.1 Ro 1.3

41) de blinkende Morgenster.

Namelijk die alle andere sterren in licht te boven gaat. En Christus wordt hier zo genoemd, omdat Hij het licht is der wereld; en door Zijn kennis alles ter zaligheid verlicht. Zie Joh. 1:9, en Joh. 8:12. Zelfs ook ten opzichte van het hemelse Jeruzalem, waar noch zon noch maan zal zijn, maar de nacht dezer eeuw voorbij zijnde, Christus met den Vader en Heiligen Geest het volkomen licht zal zijn van alle uitverkorenen, gelijk de morgenster is in den morgenstond. Zie hiervoor Openb. 2:28, en Openb. 21:2; 2 Petr. 1:19.

Joh 1.9 8.12 Re 2.28 21.2 2Pe 1.19
Copyright information for DutKant