‏ 1 Corinthians 7:9

14) dan te branden.

Dat is, het is goed te trouwen, om niet door de begeerten des vleses tot kwade lusten te worden ontstoken en in gevaar te blijven van tot onkuisheid te vervallen, hetwelk altijd kwaad is.

‏ 1 Corinthians 7:32-35

62) ik wil dat gij

Dat is, ik zou wel willen, of wensen.

63) bekommert zich

Dat is, behoort zich te bekommeren; en kan dat vrijelijker doen, omdat hij door de zorg van het huishouden niet wordt verhinderd.

64) bekommert zich met

Dat is, pleegt zulks gewoonlijk te doen, en is vanwege de zorg van het huishouden en om zijne wederhelft te behagen, meer daaraan gebonden.

65) der wereld, hoe

Het woord wereld wordt hier niet genomen voor de wereldse begeerlijkheden, die ongeoorloofd zijn en alom in Gods Woord verboden, maar voor zulke dingen, waardoor het huisgezin in deze wereld wordt onderhouden, als spijs, drank, kleding, woning, nering, en dergelijke, die in zichzelven niet ongeoorloofd zijn, 1 Tim. 3:4, en 1 Tim. 5:8, maar evenwel den mens bekommeren, om op het geestelijke niet altijd zo ernstig en gedurig te denken, en waarin de ongetrouwden min verhindering hebben dan de getrouwden, wanneer de gaven en beroep zulks toelaten. Zie een voorbeeld hiervan in Maria en Martha; Luk. 10:39.

1Ti 3.4 5.8 Lu 10.39

66) vrouw zal behagen.

Niet om iets te doen tegen Gods wil. Want alzo mogen wij geen mensen behagen, Luk. 14:26; Gal. 1:10, maar om in liefde en vrede met hen te leven, Ef. 5:25; hetwelk ook alzo moet verstaan worden van de bekommering der vrouw jegens den man in 1 Cor. 7:35.

Lu 14.26 Ga 1.10 Eph 5.25 1Co 7.35
67) tot uw eigen

Dat is, gemak en oorbaar. En alzo verklaart hij in dit vers hetgeen hij tevoren goed of niet goed genaamd heeft.

68) een strik over u

Namelijk om u tot het ongetrouwde leven stipt te verbinden.

69) herwaarts en drewaarts

Of, onaftrekkelijk; namelijk met de zorgen en bekommernissen dezer wereld.

Copyright information for DutKant