1 Corinthians 9:20
44) den Joden geworden Namelijk in zaken die middelmatig waren, gelijk toen nog was de onderhouding der ceremonin des Ouden Testaments bij de zwakke Joden, gelijk hij om hunnentwil Timotheus heeft doen besnijden, te Cenchren door belofte zijn hoofd heeft laten bescheren, en te Jeruzalem in den tempel zichzelven heeft geheiligd. 45) de wet zijn, [ben ik geworden] Namelijk der ceremonin, die alstoen wel door Christus' lijden teniet gedaan was, zoveel aangaat hetgeen daarin godsdienstig was, maar voor een tijd als een middelmatige zaak nog werd gedragen, om de zwakke Joden niet te vervreemden. Zie Hand. 21:20. Ac 21.201 Corinthians 9:22
48) den zwakken geworden Namelijk Christenen, of gelovigen, die het fondament van het Christengeloof we aannamen, maar hetgeen de Christelijke vrijheid aangaat nog in alles niet wel konden begrijpen; Rom. 14:1; Gal. 6:2. Ro 14.1 Ga 6.2 49) enigen behouden zou. Hiermede verklaart hij hetgeen hij tevoren genaamd heeft winnen. Zie 1 Tim. 4:16. 1Ti 4.16
Copyright information for
DutKant