1 Kings 18:17

27) beroerder

Het Hebreeuwse woord betekent eigenlijk, beroerte, moeite en onrust, verenigd met kommer en ontstelling des harten, door woorden en werken aanrichten. Vergelijk Gen. 34:30; Joz. 7:25; Richt. 11:35; Spreuk. 15:27. Hierover wordt Elia van Achab beschuldigd, niet alleen omdat hij de afgoderij gans tegen was, maar ook omdat hij hem meende te zijn de oorzaak van de droogte en van den honger, waarmede het land nu lang was geplaagd geweest.

Ge 34.30 Jos 7.25 Jud 11.35 Pr 15.27
Copyright information for DutKant