1 Kings 3:26
33) ingewand Versta hierdoor, de natuurlijke beweging en beroering, die een moederlijk hart heeft als zij haar kind in enig ongemak en nood, of gevaar van zwarigheid ziet. Zie deze manier van spreken Gen. 43:30, en de aantekening. Ge 43.30 34) dood het geenszins; Hebreeuws, dodende dood het niet. Alzo in 1 Kon. 3:27. 1Ki 3.27 35) zij noch het uwe noch het mijne, Hebreeuws, ook mijne, ook uwe zij het niet. Philippians 2:1
1) vertroosting Of, vermaning. Want het Griekse woord betekent liefde. 2) is Of, plaats heeft bij ulieden; of bij u gelden mag. 3) in Christus, Dat is, in Christus' naam, of om Christus' wil. 4) troost is Dat is, troostelijke aanspraak. 5) der liefde, Dat is, uit oprechte liefde gedaan. 6) gemeenschap is Dat is, zo gij ook de genade der wedergeboorte toont in het betrachten van deze vermaning. Of zo gij door nen geest aan elkander verbonden zijt. 7) innerlijke bewegingen Grieks ingewanden. Zie Filipp. 1:8. Php 1.8 8) ontfermingen zijn. Dat is, medelijden, namelijk met mijne banden en verdrukkingen. Zie Col. 3:12; Hebr. 10:28. Col 3.12 Heb 10.28 Colossians 3:12
29) beminden, Namelijk van God, die derhalve God weder moeten beminnen en gehoorzamen. 30) de innerlijke Grieks de ingewanden der barmhartigheden; een Hebreeuwse wijze van spreken, waardoor innerlijke of hartelijke beweging tot enige zaak verstaan wordt. Zie Ef. 4:32; Filipp. 1:8, en Filipp. 2:1. Eph 4.32 Php 1.8 2.1
Copyright information for
DutKant