1 Samuel 25:2

2) Maon,

Van deze plaats, gelegen in den stam van Juda, zie de aantekeningen Joz. 15:55.

Jos 15.55

3) Karmel;

Deze berg met de stad en omstreken is te onderscheiden van den anderen, gelegen in den stam van Issaschar, beroemd vanwege den profeet Elia. Zie 1 Kon. 18:19, en boven, 1 Sam. 15:12.

1Ki 18.19 1Sa 15.12

4) groot,

Dat is, rijk, groot van vermogen, gelijk 2 Sam. 19:32.

2Sa 19.32

1 Samuel 25:5

6) naar den welstand vragen;

Hebreeuws, naar den vrede vragen; dat is, vragen of het hem welgaat.

1 Kings 18:19-20

29) Nu dan,

Te weten, opdat gij van deze droogte verlost wordt. Want in dat bevel is de belofte begrepen, dat God het land van die verlossen zou, indien hij dit nakwam.

30) Karmel,

Gelegen in den stam van Issaschar bij de Middellandse zee, Joz. 19:26; Jer. 46:18. Deze berg was zeer hoog, Amos 9:3, wel bewassen met bomen, wijngaarden en welriekende kruiden; in somma, zeer vruchtbaar, Jes. 35:2; op deze berg heeft zich ook de profeet Elisa onthouden, 2 Kon. 4:25, en is te onderscheiden van den berg Karmel, gelegen in den stam van Juda, in de woestijn Maon, waar Nabal woonde; 1 Sam. 25:2.

Jos 19.26 Jer 46.18 Am 9.3 Isa 35.2 2Ki 4.25 1Sa 25.2

31) van het bos,

Te weten, het afgodische bos, waarvan te zien is boven, 1 Kon. 16:33. Van zulke bossen, zie Exod. 34:13; Deut. 7:5, met de aantekeningen. Anders, bosgod, of, boomgod.

1Ki 16.33 Ex 34.13 De 7.5

32) van de tafel

Of, aan de tafel.

1 Kings 18:42

73) en breidde zich uit

Met deze gestaltenis zijns lichaams, zijn gebed vuriglijk tot God doende, en biddende om regen; hoewel hij uit de belofte Gods wel wist dat er regen komen zou.

2 Chronicles 3:14

26) voorhang

Die het heilige van het allerheiligste onderscheidde. Zie hiervan Exod. 26:31; 1 Kon. 6:21, en de aantekening daarop.

Ex 26.31 1Ki 6.21
Copyright information for DutKant