1 Samuel 26:18

24) zijn knecht alzo achterna,

Dat is, mij.

25) wat kwaad is er in mijn hand?

Dat is, wat heb ik kwaads gedaan? Zie de aantekeningen boven, 1 Sam. 24:12.

1Sa 24.11

1 Chronicles 12:17

13) hun tegemoet,

Hebreeuws, voor hun aangezicht.

14) ten vrede

Dat is, vredeshalve.

15) daar toch

Dat is, daar ik toch niet schuldig ben van iemand geweld, of moedwillig kwaad of onrecht gedaan te hebben.

Psalms 26:10

13) In

Dat is, die schelmstukken, of boze arglistige, praktijken, onderhanden hebben; verg. Job 11:14, met de aantekening.

Job 11.14
Copyright information for DutKant