1 Samuel 30:12

14) geest kwam weder

Dat is, hij die flauw en amechtig was en van honger schier versmacht, werd door de spijs verkwikt. Zodat het woord geest hier betekent ademing.

15) in hem;

Anders, tot hem.

16) brood gegeten, noch water gedronken.

Dat is, spijs.

Esther 4:16

42) vast voor mij,

Zij wil zeggen: In uw vasten en bidden zult gij mijner bij God gedenken, dat Hij zijn zegen wil geven tot de voorbede, die ik den koning doen zal.

43) in drie dagen,

Dit vasten heeft maar geduurd twee nachten, een vollen dag en twee delen van dagen. Want ten derden dage is Esther tot den koning gegaan, Esth. 5:1. Zie dergelijke manier van spreken Matth. 12:40, van het verblijf van Jona in den buik van den walvis, en van Christus in het graf.

Es 5.1 Mt 12.40

44) naar de wet is.

Van welke boven, Esth. 4:11, gesproken wordt.

Es 4.11

45) Wanneer ik dan omkome,

Het is zoveel alsof Esther zeide: Ik ben gewillig mijn leven in gevaar des doods voor mijn volk te stellen, en te verwachten wat God geven zal. Dusdanige manier van spreken gebruikt ook Jakob, Gen. 43:14; zie de aantekening aldaar.

Ge 43.14

Esther 5:1

1) den derden dag,

Te weten, aan den derden dag van het vasten, Esth. 4:16.

Es 4.16

2) een koninklijk kleed aantrok,

Hebreeuws, zich kleedde [met] het koninkrijk; dat is, met het kleed des koninkrijks; gelijk het vol staat onder, Esth. 6:8. Zie aldaar met de aantekening.

Es 6.8

3) het huis des konings;

Dat is, dat deel van het huis, waar zich de koning ophield.

Matthew 12:13

Copyright information for DutKant