2 Chronicles 1:10

16) wijsheid en wetenschap,

Zie van het onderscheid dezer twee gaven, 1 Kon. 3:13.

1Ki 3.13

17) uitga en inga;

Zie de verklaring dezer manier van spreken, Num. 27:17; Deut. 31:2.

Nu 27.17 De 31.2

18) [kunnen]

Dit woord is hier ingevoegd uit 1 Kon. 3:9. Hoewel het ook anderszins dikwijls in den zin is ingesloten, en, wie zou richten? zoveel is als: wie zou kunnen richten?

1Ki 3.9

19) richten?

Dat is, regeren; alzo in 2 Kron. 1:11. Zie Richt. 2:16.

2Ch 1.11 Jud 2.16

2 Chronicles 1:12

21) dergelijke

Vergelijk hiermede 1 Kon. 3:12 en de aantekening daarop. Anders, dat den koningen, die voor u geweest zijn, zo niet is geschied, en na u zo niet geschieden zal.

1Ki 3.12

Job 12:12

28) In de stokouden

Alsof hij zeide: Het is wel waar, dat de ouden uit oorzaak van de ervarenheid, die zij van vele dingen hebben, behoorden wij te zijn, maar niettemin merk ik dat men van God beter dan van de ouden onderwezen wordt. Anders, is in de stokouden de wijsheid? enz., waarmede Job zou schijnen te willen voorkomen hetgeen hem boven, Job 8:8,9,10, tegengeworpen was, zeggende: Gij, mijn vrienden, behoort wel vanwege uw ouderdom en ervarenheid de orde van Gods wijze regering te begrijpen, maar de rechte wijsheid is bij God, die gij niet kunt vatten, en niet alleen deze, maar ook zijn sterkte, om krachtiglijk uit te voeren al hetgeen Hij wijselijk besloten heeft.

Job 8.8,9,10

Job 28:12

33) Maar de wijsheid,

Alsof hij zeide: De mens kan wel kostelijke dinge, die in de aarde verborgen zijn, door zijn wetenschap en arbeid uitvinden, maar die verborgen wijsheid, waardoor de redenen van Gods oordelen ten volle verstaan worden, kan hij niet bekomen.

Proverbs 1:2

2) wijsheid

Versta een vaste en grondige kennis van goddelijke en menselijke dingen, om zichzelven in geloof en leven wel te schikken. Vergelijk 1 Kon. 3:12.

1Ki 3.12

3) tucht

Versta, het onderwijs, dat gegeven wordt om tot de wijsheid te geraken.

4) redenen

Of, redenen, die verstandiglijk voorgesteld zijn.

5) des verstands;

Dit houdt men te zijn de kloekheid en voorzichtigheid des geestes, waardoor de wijsheid tot het rechte gebruik wel wordt aangelegd. Vergelijk 1 Kon. 3:12.

1Ki 3.12
Copyright information for DutKant