2 Chronicles 34:13

39) enig werk

Hebreeuws, in dienst en dienst; dat is, in welken dienst of werk. Zie Gen. 7:2.

Ge 7.2

40) ambtlieden,

Genaamd boven, 2 Kron. 34:10, verzorgers. Zie daar de aantekening.

2Ch 34.10

Nehemiah 4:10

24) Juda:

Dat is, de Joden, het volk van Juda.

25) vervallen,

Zodat zij niet bekwaam zullen zijn om te strijden.

26) des stofs

Daar resteert nog veel te dragen, van zand, steengruis en aarde, van den gebroken en vervallen muur.

27) niet zullen

Als zullende moeten staan in de wapenen tegen den vijand. Zie Neh. 4:15. Anders, bouwende aan de muren, zullen wij de overhand niet hebben; als niet kunnende beide naar behoren doen.

Ne 4.15
Copyright information for DutKant