2 Chronicles 35:12
23) zij namen Te weten, van de lammeren of geitenbokken, die zij geslacht en de huis afgetrokken hadden. 24) brandoffer Dat is, het deel, hetwelk ten brandoffer den Heere geofferd moest worden; als het vette, [zie 2 Kron. 35:14] de staart, de nieren, het net, welke alle met vuur verbrand moesten worden; Lev. 3:9,10,11. Sommigen verstaan dat zij enige lammeren hebben afgezonderd, om die het volk te geven, naar de vaderlijke huizen, om die te laten offeren. 2Ch 35.14 Le 3.9,10,11 25) die Te weten, paaschoffers, lammeren of geiten. 26) het volk Hebreeuws, den zonen, of kinderen des volks, gelijk boven, 2 Kron. 35:5,7, en onder, 2 Kron. 35:13. 2Ch 35.5,7,13 27) alzo met de runderen. Te weten, deden zij.
Copyright information for
DutKant