2 Chronicles 35:20
40) het huis toebereid had, Te weten, Gods; dat is, de tempel, en vervolgens den gansen godsdienst. 41) Necho, Zie hiervan en van Karchemis 2 Kon. 23:29. 2Ki 23.29 Jeremiah 46:2
1) Tegen Egypte; Of, van Egypte, of de Egyptenaars. 2) dat aan de rivier Of, die, te weten Farao Necho. 3) Frath, Eufraat. Zie Gen. 2:14; alzo in het volgende. Ge 2.14 4) bij Karchemis was, Of, te Karchemis; verstaande zulks van den koning Farao Necho zelf, hebbende zijn leger daaromtrent; alzo het onzeker is of hij ten tijde van Josia, dien hij overwon, deze stad [die Sanherib den Syrirs afgenomen had] na de overwinning heeft ingenomen, dan of hij nu wederom met zijn leger daarvoor is geweest om die te winnen, f van dien tijd af de belegering voortgezet heeft; zie 2 Kon. 23:29; en 2 Kron. 35:20; idem, Jes. 10:9. 2Ki 23.29 2Ch 35.20 Isa 10.9 5) sloeg, Bij het leven van zijn vader Nabopolassar, nadat Jeremia zulks alles tevoren geprofeteerd had, gelijk volgt; na welke nederlaag de koning van Egypte tehuis bleef, hoewel hij ten tijde van Zedekia nog een tocht voornam, maar tevergeefs;; zie 2 Kon. 24:7, en boven Jer. 37:5,11. 2Ki 24.7 Jer 37.5,11
Copyright information for
DutKant