2 Chronicles 35:5

10) in het heiligdom,

Anders, in de heilige plaats; dat is, bij den tempel aan het voorhof der priesters, om aldaar de paaslammeren dergenen, die niet zijn van den stam van Levi, te ontvangen en die te slachten, dewijl de priesters anders genoeg te doen hadden met de offeranden en besprenging des bloeds, enz. Zie van deze plaats Lev. 6:16, en Num. 28:7, waar zij ook het heiligdom genaamd wordt.

Le 6.16 Nu 28.7

11) het volk,

Hebreeuws, de zonen, of kinderen des volks; dat is, het volk. Versta, die van den stam van Levi niet waren, maar behoorden tot de andere stammen en tot het werk van den godsdienst niet geheiligd waren.

2 Chronicles 35:7

13) gaf voor het volk,

Of, hief, of gaf een heffing; dat is, een offer of geschenk. Het woord heffen wordt voor offeren of schenken genomen, gelijk boven, 2 Kron. 30:24; zie de aantekening; gelijk het woord heffing voor offer. Zie Num. 5:9, en boven, 2 Kron. 30:24, met de aantekening, idem hier in het volgende.

2Ch 30.24 Nu 5.9 2Ch 30.24

14) jonge geitenbokken,

Hebreeuws, zonen der geiten. Zie Lev. 1:14.

Le 1.14

15) naar al hetgeen

Dat is, tegenwoordig, of voorhanden was onder het klein vee des konings, dat geschikt was om op dit feest geslacht te worden, naar de wet, Exod. 12:5. Anders, naar al degenen, die daar gevonden werden; dat is, naar dat genoeg was voor het volk, dat te Jeruzalem tot het paasfeest gekomen was.

Ex 12.5

16) runderen

Deze dienden tot brandoffers en dankoffers, die men op dit feest ook offeren moest. Zie Num. 28:19.

Nu 28.19

2 Chronicles 35:13

28) kookten

Dat is, zij brandden het aan het vuur, gelijk blijkt uit de tegenstelling, die straks daarbij gevoegd werd, van hetgeen dat in potten, enz. gekookt werd. Want God had geboden dat men het paaslam braden zou, Exod. 12:8,9. Het Hebreeuwse woord wordt ook voor braden genomen Deut. 16:7.

Ex 12.8,9 De 16.7

29) de [andere]

Versta, de stukken en delen der dankoffers, welke dengenen, die dezelve geofferd hadden, toekwamen.

30) kookten

Dat is, zoden.

31) deelden

Hebreeuws, zij deden het lopen tot al de kinderen des volks; dat is, zij deelden een ieder onder het volk, met zonderlinge haast en vaardigheid, zijn deel der offerande uit.

Copyright information for DutKant