2 Kings 17:32-33
56) van hun geringsten Hebreeuws, van hun einden, of van hun uiterste delen. Zie 1 Kon. 12:31. 1Ki 12.31 57) dienden Te weten, elk zijn afgod, naar de wijze zijns lands, waaruit ieder aldaar van de Assyrirs gebracht was. 58) van dewelke zij Hebreeuws, van waar.2 Kings 17:41
65) deze volken Namelijk, de heidenen, die uit Assyri in Samaria en der Isralieten land waren komen wonen. 66) vreesden den HEERE, Te weten, naar de afgodische wijze der Isralieten. Zie boven, 2 Kon. 17:28. 2Ki 17.28
Copyright information for
DutKant