2 Kings 23:29-30

67) zijn dagen

Te weten, gelijk Josia het vermaken van het huis des Heeren voleind had. Zie 2 Kron. 35:20.

2Ch 35.20

68) Necho,

Zie van denzelfden ook onder, 2 Kon. 23:33; Jer. 46:2.

2Ki 23.33 Jer 46.2

69) naar de rivier Frath;

Naar de stad Karchemis, gelegen aan den Eufraat, die de koning van Assyri‰ den Syri‰rs afgenomen had; waarover hij den roem draagt, Jes. 10:9.

Isa 10.9

70) toog hem tegemoet,

Te weten om hem af te keren en te verhinderen, dat hij met zijn leger door zijn land niet zou trekken, vrezende schade voor zijn eigen koninkrijk, of willende daarmede den koning van Assyri‰ vriendschap doen.

71) doodde hem

Dat is, de schutters des konings Necho wondden hem dodelijk; zodat hij, naar Jeruzalem gevoerd zijnde, stierf op den weg, of binnen Jeruzalem, hebbende bij Megiddo de doodwond gekregen; 2 Kron. 35:23,24.

2Ch 35.23,24

72) Megiddo,

Een stad, in den stam van Manasse gelegen. Zie 1 Kon. 9:15.

1Ki 9.15

73) hem gezien had.

Dat is, als Josia gekomen was om hem onder de ogen te zien en tegen hem streed. Zie boven, 2 Kon. 14:8, en de aantekening.

2Ki 14.8
74) dood

Dat is, dodelijk gewond en als voor dood gehouden. Alzo zeggen wij: Hij is een dood man, van dengene die sterft of haast sterven moet. Zo is bijna het woord dood genomen Gen. 20:3.

Ge 20.3

75) Joahaz,

Anders ook genoemd [zo enigen oordelen] Johanan, 1 Kron. 3:15, en Salium, Jer. 22:11.

1Ch 3.15 Jer 22.11

76) zalfden hem,

Alzo naar sommiger gevoelen, openlijk verklarende dat zij hem in dezen gemenen nood metterhaast tot koning begeerden, om door hem tegen den koning Necho beschermd te worden, en het land met het rijk te behouden.

2 Chronicles 35:22

46) hij verstelde zich

Dat is, hij verkleedde zich opdat men hem niet kennen zou, gelijk Achab eertijds gedaan had; 1 Kon. 22:30.

1Ki 22.30

47) dal Megiddo.

Zie 1 Kon. 9:15; Zach. 12:11.

1Ki 9.15 Zec 12.11

2 Chronicles 35:24-25

49) graven zijner vaderen;

Dat is, in een derzelve. Zie Gen. 19:29. Of, onder de graven zijner vaderen.

Ge 19.29

50) bedreven

Vergelijk Gen. 23:2, en de aantekening.

Ge 23.2
51) klaaglied

Dit beschreven is geweest; opdat de mensen, dat lezende, zich gewennen zouden den ellendigen en zeer droevigen staat van dat koninkrijk te overleggen en de oorzaak daarvan te beklagen, zich te beteren en God om genade te bidden.

52) tot op dezen dag;

Dat is, welke duren tot op dezen dag, in welken dit geschreven is.

53) tot een inzetting

Te weten, opdat zij jaarlijks zouden gezongen worden.

54) in de klaagliederen.

Zie van dit klagen ook Zach. 12:11.

Zec 12.11

55) klaagliederen.

Sommigen verstaan dit van de Klaagliederen van Jeremia, in welke niet alleen de finale verwoesting van Jeruzalem wordt beklaagd, maar ook al het verdriet en de ellendigheden, die over de stad en over het land gekomen zijn; waarvan het begin was de dood van dezen godvruchtigen koning.

Copyright information for DutKant