2 Kings 23:3

5) pilaar,

Zie boven, 2 Kon. 11:14.

2Ki 11.14

6) voor des HEEREN aangezicht,

Dat is, in het voorhof des volks, dat voor het voorhof der priesters, voor aan den tempel des Heeren was, waarin de ark des verbonds was, boven welke zich de Heere openbaarde. Zie Lev. 1:3.

Le 1.3

7) den HEERE na te wandelen,

Dat is, in de wegen des Heeren te wandelen. Wat dit is, zie 1 Kon. 11:33, en de woorden hier volgende.

1Ki 11.33

8) met ganser harte

Zie Deut. 6:5.

De 6.5

9) bevestigende

Zie Deut. 27:26.

De 27.26

10) stond in dit verbond.

Dat is, hield zich daaraan, en was daarmede tevreden. Alzo is ons verboden te staan in een kwade zaak, Pred. 8:3. Dat is, zich daaraan te houden en dezelve toe te staan.

Ec 8.3

2 Chronicles 6:13

14) koperen

Versta, een zodanig gestoelte, gelijk het hier beschreven is van fijne stof, en grootte, en de plaats waar het stond, hiertoe verordend, opdat de koning daaruit God bidden en het volk aanspreken zou. Zie hiervan ook 2 Kon. 11:14.

2Ki 11.14

15) des voorhofs;

Dat is, van het voorhof des volks, genaamd anders het grote voorhof; 1 Kon. 7:9,12. Zie ook boven, 2 Kron. 4:9.

1Ki 7.9,12 2Ch 4.9

16) knielde

Deze ceremonie is in het bidden gebruikt geweest als een teken van den ootmoed onzes harten, in hetwelk wij overtuigd zijn dat wij voor de goddelijke majesteit niet bestaan kunnen; Ps. 130:3. Zie van dezelfde ceremonie Ezra 9:5; Luk. 22:41; Hand. 20:36; Ef. 3:14.

Ps 130.3 Ezr 9.5 Lu 22.41 Ac 20.36 Eph 3.14

17) breidde

Zie van deze ceremonie, die de ouden in het bidden gebruikt hebben, 1 Kon. 8:22.

1Ki 8.22
Copyright information for DutKant