2 Kings 25:21

32) sloeg hen,

Sommigen menen dat dezen waren degenen, die zich tegen den profeet Jeremia gesteld hadden, roepende: Den tempel des Heeren, den tempel des Heeren, Jer. 7:4. Van het woord slaan, zie Gen. 8:21.

Jer 7.4 Ge 8.21

33) Alzo werd Juda

Dit is de vervulling der profetie, waarvan te zien is boven, 2 Kon. 23:27; Jer. 25:9, enz.

2Ki 23.27 Jer 25.9

Jeremiah 52:10

4) slachtte de zonen van Zedekia voor zijn ogen;

Dat is, liet hen slachten; gelijk doorgaans.

Copyright information for DutKant