2 Samuel 2:20-23

43) gewaad;

Dat is, hun kleding, of wapenen, of beide. Zie Richt. 14:19.

Jud 14.19
44) waarom zal ik u ter aarde slaan?

Alsof hij zeide: Waarom wilt gij dat gevaar uitstaan? Gij zult mij dringen, dat ik u niet zal kunnen verschonen, dat ik uws broeders halve [die een dapper krijgsoverste is] anders gaarne zou doen.

45) achterste van de spies

Dat is, hij stak hem met het scherp, dat aan het onderste, of achterste van de spies was.

46) aan de vijfde rib,

Of, bij, nevens, onder. Dit wordt van velen verstaan van de plaats der rechterzijde, waar de lever ligt aan het borstbeen, en waar de stam is van de leverader, alwaar ervaren en geleerde geneeskundigen betuigen, en den heidenen ook bekend is geweest, dat de wonde haastiger dan enige andere den mens doodt. Sommigen verstaan het van de linkerzijde, waar het hart ligt, of het week der zijden onder de korte ribben, die vijf in getal zijn. Hetwelk schijnt bevestigd te worden door de uitstorting van het ingewand door deze wond geschied, waarvan onder, 2 Sam. 20:10. Vergelijk onder, 2 Sam. 3:27, en 2 Sam. 4:6, en 2 Sam. 20:10.

2Sa 20.10 3.27 4.6 20.10

47) plaats.

Dat is, hij bleef dood liggen op de plaats, waar hij gestaan had, of gestoken werd.

Copyright information for DutKant