2 Samuel 5:1

1) stammen van Isra‰l

Versta, gezanten van alle stammen. Zie 2 Sam. 5:3.

2Sa 5.3

2) gebeente en uw vlees zijn wij.

Wij zijn van enen bloede, beiden gesproten uit den patriarch Jakob, en dienvolgens broeders. Zodanigen had God geboden tot koning te kiezen, Deut. 17:15. Aangaande de manier van spreken, zie Gen. 29:14.

De 17.15 Ge 29.14

2 Samuel 19:13

21) gijlieden zeggen:

Priesters, Zadok en Abjathar.

22) been en mijn vlees?

Want hij was Davids zusters zoon. Zie boven, 2 Sam. 17:25.

2Sa 17.25

23) doe mij zo,

Van zulk zweren, zie Ruth 1:17, en 1 Kon. 19:2.

Ru 1.17 1Ki 19.2

24) Joabs plaats.

Zie boven, 2 Sam. 3:39.

2Sa 3.39
Copyright information for DutKant