2 Samuel 6:17

40) gespannen had;

Al eer hij heenging om de ark te halen. Zie 1 Kron. 15:1. Dit heeft hij door ingeven des Heiligen Geestes gedaan, om te dienen ten tijde toe, dat een ander huis des HEEREN mocht worden gebouwd, hetwelk hij voornemens was te doen, maar door Gods bevel van Salomo geschied is. De andere tent, door Mozes opgericht, is geweest te Silo, 1 Sam. 1:3, enz., en 1 Sam. 14:3; te Nob, 1 Sam. 21:1, enz., en te Gibeon, 1 Kron. 16:39,40.

1Ch 15.1 1Sa 1.3 14.3 21.1 1Ch 16.39,40

2 Samuel 21:6

11) zonen gegeven worden,

Dat is, van zijn nakomelingen, kinderen, of kindskinderen, enz. behorende tot het bloedhuis Sauls, vermeld 2 Sam. 21:1.

2Sa 21.1

12) den HEERE ophangen

Tot zijn eer, bij wiens naam de eed gedaan is van ons te verschonen; of om hem te bevredigen.

13) o, gij verkorene des HEEREN!

Gelijk zij verachtelijk in 2 Sam. 21:5 gesproken hebben van Saul, zo spreken zij hier ter contrarie David zeer eerbiediglijk aan. Anders, des verkorenen des Heeren, verstaande zulks van Saul; dien zij alzo zouden noemen om zijn misdaad aan hen begaan, tegen den eed Gods, te vergroten.

2Sa 21.5
Copyright information for DutKant