2 Thessalonians 2:8

29) alsdan

Dat is, nadat hij nu zijne kracht van wederhouden zal verloren hebben.

30) de ongerechtige

Dat is, de antichrist die alzo genoemd wordt, omdat hij zich aan geen wetten zou onderwerpen, maar zichzelf boven alle wetten zou roemen te zijn; gelijk het Griekse woord anomos eigenlijk zonder wet, of wetteloos betekent.

31) geopenbaard

Zie hiervoor de aantekening op 2 Thess. 2:3.

2Th 2.3

32) verdoen

Of, verteren. Het Griekse woord analosei betekent eigenlijk spijs, drank, geld, goed, allengskens ombrengen en teniet maken. Alzo zal dan Christus te Zijner tijd ook den antichrist allengskens verdoen, en zijn aanzien benemen in de Christenheid.

33) door den Geest

Dat is, door de zuivere prediking des heiligen Evangelies, waardoor de Geest des Heeren krachtig is in de harten der mensen. Zie dergelijke Jes. 11:4; Hebr. 4:12; Openb. 1:16.

Isa 11.4 Heb 4.12 Re 1.16

34) door de verschijning

Dat is, door Zijn verschijning in Zijn laatste komst. Want alsdan zal het beest en de valse profeet gedood en in den poel des vuurs geworpen worden; Openb. 19:20.

Re 19.20

Revelation of John 18:4

8) een andere stem

De stem schijnt geen stem van een geschapen engel, maar een stem Gods, of van Christus, komende uit den troon des hemels, geweest te zijn, dewijl die de gelovigen Zijn volk noemt, hetwelk Gode of Christus alleen toekomt; Matth. 1:21; Hand. 18:9,10.

Mt 1.21 Ac 18.9,10

9) Gaat uit van haar,

Dergelijke woorden worden ook van God, Jes. 48:20; Jer. 50:8, en Jer. 51:6; Zach. 2:7, tot een waarschuwing van het volk Gods, v¢¢r den ondergang van het Assyrische Babylon, gebruikt, opdat zij zich intijds zouden voorzien, en daaruit vertrekken; welke hier van het geestelijk Babylon tot alle ware gelovigen worden gesproken; waarvan de redenen in den tekst volgen.

Isa 48.20 Jer 50.8 51.6 Zec 2.7

10) opdat gij aan haar

Namelijk •f door de dagelijkse verkering met hem daartoe zijnde verlokt, •f door vrees en vervolging van hen daartoe gedrongen zijnde. Waarop de gemeenschap der straffen volgt. Zo vermaant ook Christus de Zijnen; Matth. 24:16.

Mt 24.16

Revelation of John 18:9

18) die met haar gehoereerd

Namelijk tot den tijd van haar val en uitroei‹ng toe. Waaruit blijkt, dat nog altijd enige prinsen en koningen met haar zullen samenspannen tot bevestiging van haar staat en bijgelovigheden, die dezen haren val zullen zoeken te stuiten en als hij reeds geschied zal zijn, ernstig doch tevergeefs zullen beklagen.

19) rouw over haar

Grieks zichzelf slaan; namelijk op de borst van droefheid.

Revelation of John 19:20-21

50) werd gegrepen,

Namelijk door Christus' macht, en dat levend, gelijk in het vervolg uitgedrukt staat.

51) de valse profeet,

Waarvan zie Openb. 16:13, en door deze tweede wordt de geestelijke en wereldse heerschappij van den antichrist met al zijn bisschoppelijke en gewapende medehelpers verstaan, die vooral door Christus met de hoogste straffen zullen worden gestraft, daar de andere verleide aardse en wereldse mensen ook wel hun straf, doch minder, zullen dragen. Hetwelk met deze twee soorten van doding door den poel des vuurs, en door het zwaard wordt uitgedrukt. Zie dergelijke Matth. 5:22.

Re 16.13 Mt 5.22

52) met sulfer brandt.

Dit wordt daarbij gevoegd, omdat sulfer of zwavel uitnemend scherpe en zeer doordringende hitte geeft; waardoor de zwaarste pijn der hel wordt afgebeeld.

53) hetwelk uit Zijn

Dat is, door het vonnis dat Hij tegen hen zal vellen, waarvan de engelen uitvoerders zullen zijn, Matth. 13:41; welke straf ook eeuwig zal zijn, gelijk hiervoor Openb. 14:9,10,11, betuigd is, en Matth. 25:41 van alle vervloekten ook betuigd wordt.

Mt 13.41 Re 14.9,10,11 Mt 25.41
Copyright information for DutKant